Vier jaar geleden maakte ik tijdens een fietstocht door Europa voor het eerst kennis met Slovenië. Vanuit Triëst volgde ik de kustlijn en kwam, voordat ik Kroatië in reed, onverwachts een stukje door Slovenië. Onvoorbereid als ik was, had ik geen idee wat ik van het land kon verwachten. Ik vond het stiekem een beetje spannend, voor het eerst alleen in een Slavisch land. Dit is wel even andere koek. Nu moet ik gaan opletten, dacht ik.
De grens die ik overging, zat vooral in mijn eigen hoofd. Een grens die mijn comfortzone aangaf, een grens tussen het zogenaamde bekende en onbekende. In werkelijkheid was het een verademing om na weken in Italië rondgereden te hebben, eindelijk echt contact met mensen te maken. In het havenstadje Izola werd ik, terwijl ik rustig op een bankje alle indrukken en gevoelens een plekje probeerde te geven, aangesproken door een vrolijk, jong stel. Uit pure interesse en nieuwsgierigheid begonnen ze me allerlei vragen te stellen en vertelden me over hun land en de hoofdstad.
Ik besefte me dat ik niet wist wat ik kon verwachten, maar dat ik wel degelijk allerlei veronderstellingen had. Het verbaasde me dat de mensen zo spontaan waren, dat ze Engels spraken en dat het er mooi weer was. Nu, een paar jaar later en een aantal Balkanreizen verder, vind ik het onvoorstelbaar dat het beeld dat ik had en mijn verwachtingen zo ver van de werkelijkheid af stonden.
Ik merk dat de opvatting die ik zelf had, bij het overgrote deel van de Nederlanders heerst. Het grauwe, grijze voormalig Joegoslavië, Balkan of Oost-Europa imago dat Slovenië vreemd genoeg nog steeds heeft, is er lastig uit te krijgen. Persoonlijk stel ik ‘rouwe randjes’ wel op prijs. Ik hou niet van het gelikte en perfecte, juist de imperfecties maken een ervaring voor mij echt. Misschien is dat waar ik voor val, wat me raakt. Het gevoel van echtheid dat betekenis geeft, een waarde die verder gaat dan schoonheid.
Die ene dag dat ik langs de kust van Slovenië fietste heb ik meer locals ontmoet dan in de ruim drie weken die ik door Italië trok. De mensen die ik tegenkwam waren stuk voor stuk aanstekelijk enthousiast en op een leuke manier trots op hun land. Toen de weersvoorspelling niet veel goeds voor mijn Kroatische zon – zee – strand – plan in petto bleek te hebben, besloot ik de kust te verlaten om vervolgens het Sloveense binnenland in te trekken dat me om één of andere reden aantrok.
Waardoor het precies komt, vind ik lastig uit te leggen. Het is een gevoel dat ontstaat, een aantrekkingskracht, maar ook een nieuwsgierigheid. Euforie met een onuitputtelijke energie, glunderend en grijnzend positiviteit uitstralen, doorgeven en op je af roepen. Een land willen leren kennen en er meer tijd door willen brengen.
Is dit wat ‘falling in love’? is? In dat geval viel ik vier jaar geleden in de liefde, ik verloor mijn hart in Slovenië en wist zeker dat ik terug zou komen.
[…] Na Italië reed ik via de Predil pas Slovenië in. Tijdens een eerdere fietstocht kwam ik voor het eerst in dit land en verloor er mijn hart. sLOVEnië, het zit ‘m immers in de naam! […]