Twee weken zat ik zonder gas. Tankje leeg. Geen warm eten. Geen koffie. Geen thee. In plaats daarvan at ik koude couscous met koude vis en koude bonen. Dat ging verrassend goed. Ook noodles zijn prima te eten wanneer je ze een kwartiertje hebt laten wellen. Pasta bleek een catastrofe, maar het ontbijt daarentegen, havermout met kokosvlokken, notenpulver en kaneel, hoeft helemaal niet warm gemaakt te worden. Een herontdekking, want vorig jaar at mijn pap altijd koud. Het klinkt misschien wat schraal, maar wanneer het al vroeg bloedheet is, is koude havermout echt fijner dan warm. Vind ik. En alles went.

Een week eerder begon ik aan mijn gas-zoektocht. In de Pfalz zag ik alleen maar bomen en boscafés, maar in de Rijn vallei gokte ik het een en ander aan winkels tegen te komen. Inderdaad genoeg inkoop mogelijkheden, maar geen gas. Ik moest naar Baden-Baden. Gezien de urgentie toen nog niet zo hoog was, liep ik door. Geen zin in een stad en geen zin in een omweg.

Koud_ontbijt_havermout
Koud kan ook

Campinggas

Ik dacht dat campinggas in West-Europa vrij gebruikelijk was. Klopt op zich ook wel, maar ik gebruikte het verkeerde systeem. Volgens de Duitsers had ik een Frans tankje. Met een Frans Easy Click Systeem. Pfff. Ze kwamen met miniblikjes aanzetten die in een soort stalen frame geklikt moesten worden. Ik vraag me af wie dat verzonnen heeft. Waarom zou je zo’n piepklein blikje in een zo’n log, groot frame willen meezeulen als het ook anders kan? Hoe dan ook, mij konden ze niet helpen.

Campings, tankstations, ijzerhandels, doe-het-zelf-zaken, sport winkels, alles wat ik tegen kwam, ben ik lang gegaan. Overal hetzelfde verhaal. Ik moest naar een speciaalzaak. Ik ga toch zeker geen bus nemen om gas te kopen?! Dus liep ik door. Het Schwarwald in, de Westweg op. Zonder gas, zonder koffie.

Westweg_schwarzwald
Geen gas op de Westweg

Koud kan ook

Ik moet bekennen dat ik niet zo heel veel om eten geef. Ik vind belangrijk dat het voedzaam is. Ik eet wat mijn lichaam nodig heeft. Het helpt als het lekker is, want dan stel ik mijn maaltijd minder lang uit. Wanneer je lichaam aangeeft gevoed te moeten worden, weet ik dat zodra je gegeten hebt, wat dan ook, alle cravings naar lekkere snacks, heerlijke maaltijden of bergen chocola verdwijnen. Mijn tactiek is dan ook om gemakkelijk en vullend voedsel mee te nemen. En dat wat weinig kooktijd nodig heeft, kan klaarblijkelijk ook geweld en dus koud gegeten worden.

Na acht dagen koude couscous en koude noodvoer-noodles, kwam dit zelfs mij de neus uit. Bij de Titisee vond ik een kiosk met levensmiddelen. Wat zou ik nog meer zonder te koken kunnen eten? Het enige dat mij geschikt leek was aardappelpuree. Ik vond een tube tomatenmark (99,5% Tomaten (?!)), Gut & Gunstige groene olijven en Thunfischfilets in zonnebloemolie. Geen groente, maar ach Tomato-Tamato.

camping koken
Klaar om te koken

Easy Click

Waar ik niet op had gerekend is dat één van de vier campings (de laatste) mijn Franse Easy Click blikjes verkochten. Alsof het de normaalste zaak van de wereld was, lieten de campingvrouwen me hun assortiment zien. Ahhhh, een keuze! Groot, klein of piepklein. Één grote of twee kleine? Ik probeerde een afweging te maken. Gewicht, omvang, pakhandigheid, prijs. Groot is zwaar. Twee kleintjes nog zwaarder. Groot is log, twee kleintjes zijn onhandiger in te pakken. Die grote sleep ik een eeuwigheid mee en wordt niet minder groot wanneer ie halfvol is. Twee kleintjes zijn duurder. Ahh, uhhhh. Ok, groot. Dan loop ik in ieder geval niet het risico een extra blikje (een tweede kleine) voor niets mee te nemen. Zul je namelijk zien dat ik vanaf nu overal Franse gasblikjes kan kopen. Dat gaat mij niet gebeuren.
Paradijs

In de Wutachsclucht riegelt het van de mensen. Het staartje van de Pfinksterferien. Overal rennen, klimmen, springen kinderen van steen naar steen. Ouders schreeuwen dat ze voorzichtig moeten zijn en nemen ondertussen foto’s. Er is een camping verderop, maar ik zie het niet zitten. Grommend loop ik door. Mopper de mopper, ik begrijp niet wat al die mensen hier doen, zó mooi is het niet. Onzin natuurlijk, het is wél mooi hier.

Schluchtensteig
Schluchtensteig
Wutachschlucht
Wutachschlucht

Paradijs

Dan verschijnt er een open plek. Een klein paradijs. Mijn paradijs. Een grote houten hut, half verscholen onder de bomen. Een grasveld, een vuurplaats, picknicktafels en een paadje naar het water. Het is stil. Ik bevind me meer dan 5 kilometer van de parkeerplaats. Ik ben alleen. De zon beschijnt mijn paradijs tot in de late uurtjes. Ik gooi mijn tas op een bank en huppel naar het water. Oehhhh, wat is dit fijn!!! Je wassen in natuurwater. Al het zweet, zonnebrand en chagrijnigheid van je afspoelen. Fijn, fijn, fijn!

Bij het uitstallen van de inhoud van mijn tas, kom ik het enorme gasblik tegen. Ongeduldig kook ik water, strooi het aardappelpureepoeder in de pan, roer de zonnebloemolie en de tonijn er doorheen, knijp wat Tomatenmark door de brei en decoreer de hele handel met een handje olijven. Een feestmaal!

Het zijn de kleine dingen die je gelukkig maken (#cliché) en het zijn de tijden van schaarste die je deze kleine dingen extra doen waarderen. (#levenslessen) Eten, slapen, lopen. Repeat. (#geluk)

Bivak_wutachschlucht
Perfecte plek
TENT VIEW
Tentuitzicht

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

EVAdinarica

Schrijft verhalen || Wandelt op de Balkan

Dit vind je misschien ook leuk...