Zoals ik voorspelde zou ik ergens halverwege waarschijnlijk een paar dagen heel hard gaan chillen. “Of het nou onwijs mooi weer of onwijs slecht weer wordt, ik zie mezelf er toe in staat om een week in een bivakhutje rond te hangen. Beetje lezen, beetje schrijven. Koffie zetten, eten, slapen. Ik ga die route echt niet in een week lopen.”
Planinarska kuća Puma
Na amper vier dagen lopen kwam ik bij Planinarska kuća Puma, een onbemande berghut, open voor iedereen. Net voor de tweede onweersbui van die dag los barstte, zat ik binnen. Fantastisch. Er was water, een keuken met gas, tafels, een bank, een dorm met matrassen en zelfs elektriciteit. Wat een luxe.
’s Avonds kreeg ik bezoek van vier andere wandelaars. Het blijft me verbazen dat die Kroaten telkens weer in het donker aan de wandel gaan. Net toen ik op het punt stond om mijn bed in te kruipen, kwamen ze binnen vallen. Natuurlijk moest er gegeten en gedronken worden en natuurlijk verscheen voor mij ook een bord op tafel. Zaterdagavond in een berghut, in een onbemande berghut, dan ben je meestal niet alleen.
“Ik zou hier gemakkelijk een week kunnen blijven, gewoon helemaal niets doen.” verzuchtte één van de wandelaars. Ik grinnikte. Waarom niet?
Troglav
De volgende dag was ik als eerste uit de veren en besloot Troglav, een berg precies op de grens van Kroatië en Bosnië en Herzegovina zonder rugzak op te wandelen. Een rondwandeling, omdat het volgens de Kroatische wandelaars vanaf 10 uur zou gaan regenen. Kijk, ik had mijn slecht weer excuus te pakken. Regen? Dan blijf ik toch een extra nachtje in de hut!
De route naar Troglav was een fluitje van een cent. Goed begaanbaar en goed gemarkeerd. Licht als een veertje vloog ik omhoog. Bovenop werd ik even stil. Figuurlijk dan, want over het algemeen maak ik uberhüber weinig geluid tijdens het wandelen. Vanaf de top had ik zicht op de Green Trail in Bosnië en Herzegovina waar ik vorig jaar liep. Daaronder zag ik de vallei liggen waar ik in 2015 fietste. Ik zag de weg van Bosansko Grahavo naar Livno liggen, de weg waar ik verliefd werd op deze bergen. Je zou kunnen zeggen dat het daar allemaal begon. Het Via Dinarica verhaal.
Aan de andere kant, de kant waar ik vandaan kwam, lag Kroatië. Tot mijn verbazing zag ik de zee. De Adriatische zee met haar witte eilanden. Daar loopt de Blue Trail, dus daar loop ik over een paar maanden. Als ik me niet vergis, zag ik Biokovo parmantige uittorenen boven het wat lagere gebergte daar omheen. Ik vond het zo indrukwekkend om al die prachtige plekken vanaf die ene piek te zien. Tussen Troglav en de kust ligt een behoorlijke vallei met onder andere Sinj en het Perucica meer. Ook daar heb ik gelopen, dat was in 2016. Jeetje.
Stukjes land verbinden
Ondanks dat ik het gevoel heb de traagste trekker ooit te zijn, heb ik toch behoorlijk wat gezien. Ik begin dit gebied behoorlijk te kennen. Die gedachte ontglipte me, want direct bedenk ik me hoeveel meer er nog te ontdekken is. En hoeveel meer plekken er aan elkaar te lopen zijn. Dat blijf ik iets moois vinden, verbinden. Toen ik net naar Amsterdam verhuisd was, vond ik ook zo heerlijk als ik ontdekte hoe ik bepaalde losse locaties met elkaar kon verbinden. Op verschillende manieren kon verbinden. Zo fietste ik in de loop der jaren de stad aan elkaar. Ik maakte me de stad eigen, waardoor het steeds meer als mijn stad begon te voelen. Vertrouwd. Ergens voelt het een beetje alsof ik hier in de Dinarische Alpen hetzelfde aan het doen ben.
Daar werd ik dus even stil van.
Drie of vier dagen bleef ik in Planinarska kuća Puma. Beetje lezen, beetje schrijven. Koffie zetten, eten, slapen. Een dicht wolkendek ontnam al het zicht. Hoewel me een lichte somberheid overviel, kon ik genieten van de rust. Ik hou niet van regen en ik hou niet van uitzichtsloos lopen. Ik ben een mooiweerwandelaar. Ondertussen troostte ik mezelf met K2 gruwel verhalen en rampzalige mount Everest beklimmingen.
Het kan nog altijd veel erger.
[…] Planinarska kuća Puma […]